Belinda haalt boodschappen voor buurvrouw Ans en buurman Kees. Dat doet ze wel vaker. Als ze weg is merkt Ans dat ze geen wisselgeld heeft teruggekregen. Buurman Kees gaat Belinda zoeken en ziet nog nét dat ze in het winkelcentrum bij Bart Smit naar binnen gaat. Kees zet z´n fiets op slot en als hij naar binnen loopt, komt Belinda net door de kassa´s met een mooie leren voetbal.
Kees vraagt naar het wisselgeld en Belinda krijgt een rood hoofd. Kees krijgt een vermoeden en vraagt “Goh, Belinda… je hebt toch niet per ongeluk met het wisselgeld van Ans deze leren bal betaald”? Met hoge stem begint Belinda: “Maar buurman Kees, het is hartstikke belangrijk hoor. Al mijn vriendjes zijn arm en we willen toch graag samen voetballen op het pleintje. U wilt toch ook dat we geen kattenkwaad uithalen maar dat we samen fijn aan het voetballen zijn”?
Buurman Kees wil haar de bal afpakken, maar Belinda begint te stampvoeten. Het personeel van Bart Smit komt op het rumoer af. En Belinda begint met nog hogere stem : “gemeen buurman Kees, u hebt zelf gezegd dat het u heel wat waard is als wij eens normaal met elkaar spelen. En nu willen we dat doen en dan wilt u de bal afpakken”. Kees legt het Bart Smit personeel uit wat er aan hand is. Jeroen van de kassa zegt dat wisselgeld achterhouden fout is. Hij kan het weten tenslotte. Daarna zegt Jeroen dat hij vroeger vaak op pleintjes speelde. En dat hij nog steeds op pleintjes komt, al is het maar om er een lekker jointje te roken. Pleintjes zijn belangrijk.
Dan komt Ad, de politieman met de grote snor binnen. “Dames, heren, meisje…. Even rustig aan jullie allemaal hier. Stop onmiddellijk met dit geschreeuw. Ik begrijp dat het hier om voetballen gaat. Natuurlijk kan dat niet hier in het winkelcentrum. Maar dat is nog geen reden voor u, Meneer Kees, om die bal af te pakken. Voetballen is heel belangrijk. Als je het goed leert kan je er heel veel geld mee verdienen. Maar als je het doet, dan niet hier. Doe het maar op het pleintje verderop”.
En Belinda zegt: “Wat fijn meneer Ad en meneer Jeroen dat u dit zegt. En Buurman Kees, sorry als ik misschien te hard tegen u geschreeuwd heb. Zo, nu ga ik lekker op het pleintje voetballen met mijn nieuwe leren bal”!